auteur: Anne Wislez
‘Moet je zien, ze gaan de subsidies voor een heel aantal cursussen ter bevordering van werknemers afgelasten’, zeg ik Ton bij het ontbijt. ‘En het zijn bijna allemaal cursussen ter ondersteuning van het natuurlijk welzijn.’ ‘Heb ik inderdaad van gehoord’, zucht hij. ‘Luc had het me al laten weten, dat is geen goed nieuws voor hem.’
Ton geeft al meer dan twintig jaar workshops in Bois le Comte, het domein van het Oost West Centrum in de buurt van Orval. Waar zaakvoerder Luc zelf al meer dan twintig jaar keihard werkt om het centrum draaiende, staande en in ontwikkeling te houden. Hij doet dat krachtig en stoïcijns, elke euro omdraaiend, als een hardwerkende huisvader, maar het werkt: het centrum draait nog steeds en is – met de grote biologische moestuin, de permacultuur en alle workshops die er gegeven worden – een voorbeeld van consistent, natuurlijk leven. Heel wat cursisten kunnen er opleidingen volgen omdat ze daarin een stukje ondersteund worden door een overheid die daar de meerwaarde van inziet.
Of eerder inzag. Want een heleboel cursussen (waaronder mindfulness, NLP, levenscoaching, bewegingstherapie, hypnose, teambuilding, studiereizen of retraites) worden dus niet langer beschouwd als diensten die bijdragen tot de groei of transformatie van Vlaamse werknemers en ondernemingen. Blijkbaar vonden ze dat voordien wél. Maar dat is dus veranderd.
Nu kan het afschaffen van deze bijdragen natuurlijk heel wat redenen hebben. Misschien zijn mensen zodanig toe aan deze dingen dat het massaal financieren ervan onbetaalbaar wordt. We moeten besparen en waar ga je het halen? Of misschien zijn bedrijven zo hard en technologisch geworden dat ze niet langer geholpen willen worden door werknemers die de humane en natuurlijke kant van het leven mee willen integreren in hun functie. Dat astrologie of het halen van je helikopterdiploma (want dat staat ook op het lijstje) niet zo vaak bijdragen tot een betere werksituatie, kan ik me nog een beetje inbeelden (al ken ik CEO’s die zich astrologisch laten adviseren en als je dringend een transplantatielever moet krijgen, dan ben je wellicht toch blij dat er professionele helikopterpiloten bestaan – of heb ik te veel naar Grey’s Anatomy gekeken?).
Iets in onze gangbare, steeds gestresseerde (en dus vernauwende) en vertechnologiserende manier van denken, wil steeds minder opening maken voor een heel andere kijk op het leven.
Maar ik vermoed dat er een andere reden is. Iets in onze gangbare, steeds gestresseerde (en dus vernauwende) en vertechnologiserende manier van denken wil steeds minder opening maken voor een heel andere kijk op het leven. Vreemd genoeg – want we leven net in een tijdsframe die daar veel baat bij zou kunnen hebben. Net nu mensen in stijgende mate last hebben van stress, het financieel moeilijker krijgen en nood hebben aan zingeving, motivatie, veerkracht en een weerbare fysieke en mentale gezondheid, en we met z’n allen gaan moeten inzetten op ‘preventie van erger’, gaat de overheid ons een heel arsenaal aan werkbare en zelfs belangrijke methodes ontnemen die hieraan kunnen helpen. Of zo ervaren toch heel wat mensen die er baat van ondervinden.
‘Ach, maar dat zijn de believers’, wimpelen non-believers dan weer weg, die de werkbaarheid van al die methodes zwart op wit willen zien volgens hun manier van percipiëren. En zo belanden we steeds dieper in het straatje van de believersen disbelievers, en verwijdt de kloof zich steeds verder. Een kloof die al eerder bestond, maar die door corona alleen maar verder uitgehold werd (want op welke manier bestrijd je best een vrij circulerend virus?). Op gevare af van je te pletter te storten als je je ergens middenin het denkveld probeert te begeven.
Wie ‘gelooft’ in het opbouwen van een natuurlijke weerbaarheid van lichaam en geest – onder andere volgens oude beproefde methodes die lichaam, psyche en ziel benaderen –wordt tegengewerkt door diegenen die daar geen boodschap aan hebben – in deze blijkbaar ook de overheid. En omgekeerd net zo, want zij die een meer natuurlijk systeem willen verdedigen, geven stevig weerwerk en maken het de overheid dan weer moeilijk om hun meer biotechnologische visie doeltreffend neer te zetten. Beide partijen stonden het afgelopen jaar als kemphanen tegenover elkaar en kletsten elkaar om de oren met termen als ‘feiten’ en ‘fake truths’, ‘wappies’ en ‘schapen’… Alsof het ene absoluut ‘waar’ is en het andere absoluut ‘onwaar’.
Zou het kunnen dat de huidige clash geen botsing is tussen waarheden en onwaarheden, maar tussen twee wereldbeelden?
Niemand die ergens in het midden durfde te staan en zeggen: hé, zouden er misschien verschillende manieren kunnen zijn om de zaak te bekijken? Vertrekken we misschien van twee verschillende premisses en hebben we misschien alle twee ergens gelijk? Wat weten we nu écht over het standpunt van de ander?
Meer dan met een botsing van absolute waarheden, lijkt het me dat we in dit hele debâcle vooral te maken hebben met een botsing van mens- en wereldbeelden. Hoe je naar de mens en het leven kijkt, beïnvloedt namelijk ook je visie op lichaam, geest, gezondheid en alle afgeleiden daarvan.
Om kort te gaan is er enerzijds het gescheiden wereldbeeld dat ervan uitgaat dat alles wat leeft op zich staat en in een survival of the fittest-strijd zit met elkaar. Maw: ‘Als ik win, dan verlies jij’. Zeg maar: de yange concurrentiemodus of een eerder masculiene kijk op de wereld.
In dat wereldbeeld heersen de wetten van de Newtoniaanse wetenschap, de ratio, het zintuiglijk waarneembare en meetbare als primaire informatiebron, het beheersen van de natuur, het geloof in technologische oplossingen, de materiële kijk op het leven, het lichaam als machine, de moderne geneeskunde, de idee van continue vooruitgang, het curatief oplossen van problemen, het belang van het individu, de overtuiging dat de mens niet te vertrouwen is en dus gecontroleerd moet worden, etc – kortom het heersende wereldbeeld – en wordt wat daar tegenover staat over het algemeen niet (of minder) begrepen, minderwaardig geacht of onderdrukt.
Anderzijds heb je het verbonden wereldbeeld dat ervan uitgaat dat alles met alles geconnecteerd is en dat vooral zij zullen overleven die ondanks hun eigenheid toch weten samen te werken. Met andere woorden: ‘Als ik win, win jij ook.’ Zeg maar: de yinne samenwerkingsmodus, of een meer feminien uitgangspunt.
In dat wereldbeeld krijgt het relationele en contextuele meer nadruk, maar ook inclusiviteit, multidisciplinariteit, holistisch en integratief denken, het samengaan van materie en energetica, de intuïtie en ervaring als primaire informatiebron, de wereld van de psyche, het belang van religieuze en spirituele ervaringen, de eenheid en samenwerking met de natuur, de waarde van tradities en natuurlijke geneeswijzen, het belang van herbronnen, heling en herstel, het preventief oplossen van problemen, de idee dat de meeste mensen deugen en dus vertrouwd mogen worden, etc – kortom het ‘alternatieve’ of volgens sommigen het nieuwe, opkomende mens- en wereldbeeld dat beter dan het oude aangepast zou zijn aan de tijden die komen.
En dat terwijl Einstein begin 20ste eeuw al inzag dat het tijd werd om de twee wereldbeelden met elkaar te gaan verenigen.
‘Don’t judge what you cannot understand’, zei Jamie tegen Claire in het prachtige eerste deel van de Schotse serie Outlander, en die zin is in mij blijven nazinderen. Hoe vijandig worden we tegenover datgene wat we niet kunnen of willen begrijpen? En dat geldt voor alle partijen. Wil ik wel horen wat je me bij te brengen hebt? Kan ik als yang persoon horen dat er ook een yin-kant is aan het verhaal? En kan ik als yin-persoon ook het yange aspect in mijn visie integreren? In het oorverdovende gekrakeel van de laatste jaren lijkt dit juist heel ver weg.
En dat terwijl Einstein begin 20ste eeuw al inzag dat het tijd werd om de twee wereldbeelden met elkaar te gaan verenigen. Wetenschap en religie noemde hij het, maar eigenlijk gaat het om een puur materiële en een materieel-energetische kijk op de samenleving. En beide volgen andere wetten. Niet voor niks maakte de quantumfysica ook in die periode opmars.
Hoe mooi zou het zijn als beide wereldbeelden niet lijnrecht tegenover elkaar zouden staan, elkaar als vijanden bekampend, zoals een ruziënd echtpaar in een echtscheidingsstrijd – maar de handen weer in elkaar zouden slaan, ten voordele van de kinderen. Te voordele van de toekomst. Wat overigens bij het ‘nieuwe’ wereldbeeld hoort: het inclusieve denken houdt in dat yin en yang niet anders kunnen dan samengaan, een evenwicht zoeken – of zelfs samen een derde geïntegreerde weg creëren.
We leven nu eenmaal in een duale wereld, en als je één pool hardnekkig onderdrukt of verwaarloost of niet au serieux neemt, zal hij zich vroeg of laat toch manifesteren. Zij het in een mindere prettige vorm. Als een pool steeds radicaler wordt onderdrukt, zal die zich ook steeds radicaler, extremer en dus ongezonder tonen. Dat hebben we bij tijden zelf mogen meemaken de afgelopen jaren. En ik weet niet wie daar nu echt op zit te wachten. Ik alleszins niet.
Hoe mooi zou het zijn als beide wereldbeelden niet lijnrecht tegenover elkaar zouden staan, maar de handen in elkaar zouden slaan, ten voordele van de toekomst.
Durven we overwegen dat een ander, misschien nog onbekend en onwennig wereldbeeld geboren wil worden, en dat het ons misschien zelfs zou kunnen helpen in de tijden die komen? Staan we in deze tijden van crisis open voor de mogelijkheid van een heel nieuw verhaal? Of gaan we deze geboortewee bijven bekampen tot we er zelf bij neervallen? Ik denk dat we er niet nóg een gevecht bij willen hebben de komende tijden, er zijn er al genoeg.
Ik wens Luc, en alle anderen die stevig ploeteren om hun wereldbeeld gestalte te blijven geven – en het evenwicht in de wereld op een vooralsnog aangename manier proberen te herstellen – veel moed en succes. Ons lichaam en onze geest – en ja, zelfs de werknemer in ons – zullen hen dankbaar zijn.